Op expeditie in de woestijn

Ik droomde hier al jaren van en nu kwam de kans: een woestijnexpeditie in Oman! Het werd een onvergetelijk avontuur in het Lege Kwartier (Rub al-Khali), oftewel het meest afgelegen deel van de Grote Arabische Woestijn. Deze reis is niet voor watjes. Ben jij toe aan een uitzonderlijke uitdaging?

Vanaf Schiphol vlieg ik met Qatar Airways, via Doha, naar Salalah in Oman. Dit is de hoofdstad van het gouvernement Dhofar, in het onbekende zuiden van het land. Deze regio heeft een heel ander karakter dan het bekende noorden van Oman. Mede door de groene bergen en de prachtige watervallen van Wadi Darbat is dit een unieke en verrassende regio. De wierookhandel speelt in dit deel van Oman al heel lang een belangrijke rol. Een van de belangrijkste exportproducten vanuit Dhofar is de kostbare wierookhars (olibanum) van de boswellia. Deze boom komt alleen voor op het Arabisch Schiereiland en delen van Oost-Afrika en India.

Smaken van Salalah

De eerste dag krijg ik een indruk van de Omaanse gebruiken, snuif ik cultuur en ontdek ik de geuren en kleuren van het land. Het is fijn struinen door de kleine straatjes van Salalah. De Sultan Qaboos moskee heeft een fraaie architectuur en is ingezet met sierlijke doorgangen en prachtige lampen. De centrale markt biedt een waar spektakel aan indrukken. Zo is er een apart gedeelte waar vers (veelal kamelen-)vlees ter plekke wordt verwerkt tot reepjes, die vervolgens aan spiesjes worden geregen. Hele koeienhoofden en -poten blijken ook een delicatesse te zijn. Ik sla even over. In het deel van de markt waar de vers gevangen zeedieren zijn uitgestald, kijk ik m’n ogen uit naar de bakken met garnalen, inktvissen en allerlei gekleurde vissen die in wat ijsblokjes op ‘temperatuur’ worden gehouden in de buitenlucht van 28 graden. Er zijn ook bergen dadels, de een nog zoeter en sappiger dan de ander.

De woestijn in

Ik ben in Oman voor een avontuur in de afgelegen woestijn, ver van de bewoonde wereld en zonder telefoonbereik. Dat doe je uiteraard niet op eigen houtje, maar onder begeleiding van een zeer ervaren crew. ’s Avonds maak ik kennis met expeditieleider Jurjen. Hij heeft meer dan tien jaar ervaring met reizen in de Rub al-Khali. Zijn zakenpartner en vriend Abdullah gaat ook mee. Hij is een zeer ervaren gids en woestijnrijder. Jurjen en Abdullah delen een passie voor desert driving.

Overal kamelen

De volgende ochtend is het konvooi van zes auto’s compleet gemaakt en bevoorraad met alle uitrusting van de hoogste kwaliteit: navigatieapparatuur, satellietcommunicatie, offroad gear en kampeerspullen. Er gaan zes crewleden mee, waaronder een kok, zodat we ook ’s avonds niets tekortkomen. Na een korte briefing gaan we op pad, ieder op een vaste plek in het konvooi. Ik zit met mijn reisgenoot Marcello in de tweede auto. Hij is eigenaar van BMS Travellers en dé specialist in de Benelux bij het organiseren van deze unieke reis. Het eerste uur rijden we alleen nog maar op de snelweg, maar de uitzichten zijn al mooi. Dat er kamelen zijn in Oman wist ik natuurlijk wel, maar dit overtreft mijn verwachtingen: ze lopen in grote getalen en op hun dooie gemak over de wegen. We moeten zigzaggend rijden om ze te ontwijken. En dan ook nog die prachtige kustlijn met rotsachtige bergen en de azuurblauwe zee op de achtergrond: wat een geweldige start. De eerste stop is langs de kust. We hopen blaasgaten te zien, maar de zee is helaas te kalm.

Vast in het zand

We komen al snel op het terrein waar het begint te lijken op een 4WD uitdaging: gravel! Langs de hoge kalkachtige bergen met hun fraaie lijnenspel dalen we af op een stoffig, slingerend gravelpad. Tijd om even de voeten te laten afkoelen in de prachtige zee. Wat een contrasten: blauwe zee, wit zand, ruige bergen en rotsen. Dit belooft nu al een magische reis te worden.

Het landschap verandert in een hemels gebied, bestaande uit canyons die almaar wisselen van kleur en vorm. We rijden vlak langs de grens van Jemen en komen langs een militair checkpoint. Toch wel even spannend of we door mogen. Na een praatje van onze Omaanse gids Abdullah kunnen we doorrijden. We naderen een punt waar de snelweg weer wordt ingeruild voor gravel. Hier stoppen we om de bandenspanning te verlagen voor het echte terreinwerk. Na uren rijden door prachtige landschappen komen we op de plek waar we ons eerste kamp opzetten. In het fluweelzachte zand, midden in een wadi (rivierdal) met mooie rotswanden. Dit is mijn eerste ervaring met het rijden in zand met een 4WD. En dan zit ik vast. Gelukkig ben ik samen met een voormalig 4WD instructeur van de Camel Trophy. Met stevige stuurbewegingen naar links en rechts kruipt de auto heel langzaam uit het mulle zand. Dat was even hard werken. Dit bleek echter nog niets te zijn met wat nog zou komen…



100 miljard* camping

Het kamp wordt opgezet. Iedereen heeft een canvas tent waarvan de top opengeritst kan worden, zodat je zicht hebt op de sterren. Hout wordt gesprokkeld. De avond valt langzaam in en ik geniet van het kampvuur en van een heerlijk avondmaal van onder andere het kamelenvlees dat ’s middags op de lokale markt (lees: open vrachtwagen op parkeerterrein) werd gekocht. Moe en vol geweldige indrukken van dit magnifieke land en de fijne gesprekken met m’n reisgenoten, trek ik me terug in mijn tentje. Wat nou vijfsterrencamping? Dit is een honderdmiljardsterrencamping!

5 liter water per dag

Vandaag gaan we dieper het land in, langs de grens van Jemen richting Saoedi-Arabië̈. Over hobbelige, stoffige wegen dwars door camel country. Onderweg krijg ik verdere instructies over hoe te rijden in een konvooi in het land der stenen en zand. De auto voor en achter je is vaak niet te zien door het stof. We rijden door een maanachtig landschap. Ik realiseer me nu pas echt hoe groot de woestijn is. Hier moet je in je eentje niet stil komen te vallen. Op deze ‘doorgaande’ wegen kom je nauwelijks iemand tegen, behalve een enkel kamelentransport.

In de laatst mogelijke stop voor benzine- en waterbevoorrading slaan we nog even flink in. Per persoon heb je al snel vijf liter water per dag nodig. De wagens dienen ook slim beladen te worden, want er mag niet te veel gewicht voorbij de achteras komen. Dit in verband met de druk, dan kom je eerder vast te staan in het zachte zand. We nuttigen nog een traditionele lunch, zittend op de grond. De kip van de steengril is verrukkelijk.

Intens gelukkig

Naarmate we meer en meer het binnenland inrijden, stijgt ook de temperatuur. Van 26 graden aan de kust wordt het 38 graden in de woestijn. Ook het landschap verandert: van grind en stenen naar zandduinen. We slaan even af om de hoogste zandduin ter wereld (althans volgens het bord) te bezichtigen. Gids Abdullah geeft een demo en ik mag meerijden. We gaan snel en steil omhoog, om vervolgens over de zandrug te kruipen en dan steil naar beneden de duin af. Wow!

Het is lastig de woestijn de beschrijven. Iedere bocht heeft een andere kleursensatie, in de lucht zie je prachtige schouwspellen, op de grond steeds andere vegetatie en de duinen verrassen keer op keer met andere kleuren en vormen. En dat in combinatie met gefilterd licht door het fijne stof in de lucht. Ik ben intens gelukkig.


Regen in de woestijn

Midden in de woestijn is een bedoeïennederzetting. Al snel komt er een pick-up op ons af. Men komt ons even begroeten, wellicht hebben ze in weken geen andere mensen gezien. Na een serieuze afdaling waarbij de auto een zandlawine vooruit duwt, wordt er gescout voor een plek om het kamp op te zetten. De rest van het konvooi krijgt een go om te volgen. Hier, on top of the world, gaan we deze onvergetelijke dag afsluiten in de warme avondzon van 37 graden. Gelukkig staat er een briesje.

Het wordt donker en de sterrenhemel laat zich al snel zien. Het is een waar genot om op deze plek, met de voetjes in het zand, op m’n rug liggend, te genieten van de heldere hemel. Toch wordt de nacht onrustig. Er is veel wind en ondanks de strategisch gekozen plek voor mijn tentje, achter de auto’s als windvanger, blijkt dat weinig succesvol. Het tentje schudt heftig. Maar dat alles vergeet je weer snel, want de zonsopgang is idyllisch. Na een steile ochtendwandeling in het mulle zand naar de top van de naastgelegen hoge duin, worden we getrakteerd op een geweldig uitzicht en een toch wel uniek fenomeen hier: regen! Wat een verkoeling.

Oman maakt nieuwe kleuren

We stellen de auto’s in op het heftige werk en na een briefing over duinrijden gaan we weer op pad. Op naar een dag spelen in een grote zandbak. We rijden van de ene pan naar de andere crossing, in kleuren uiteenlopend van roze naar taupe. De vooraf geplande route wordt soms uitgebreid met een nieuw pad. De gids werkt op zicht en ervaring, verkent ter plaatse de route en legt deze vast met waypoints. Exploreren ten top! Tijdens het rijden worden mij, als onervaren zandcoureur, de kneepjes van het vak geleerd. Het is niet makkelijk, maar wat een ervaring. Nu en dan zit er een wagen vast in het zand, maar met de juiste instructies komen ze snel weer los. Tijdens crossings moeten we langs afdalingen van 15 meter, met een 45 graden helling. Dat lijkt recht naar beneden.

Geen wegenwacht

Het zand wordt in de middag met een temperatuur van 39 graden extreem mul, dus iedereen komt wel een keer vast te zitten. Dankzij ons ‘reddingsteam’ worden we verlost en kunnen we weer verder de zinderende hitte van de woestijn in, steeds verder langs de grens met Saoedi-Arabië. Geen uitzicht is hetzelfde. De omlijsting van de vlaktes zijn de mooiste zandduinen die je je maar kunt voorstellen. Hier en daar komt het ijzererts naar boven, wat weer zijn eigen schouwspel geeft. De gidsen banen ons door prachtige onbereden crossings. Bijna onvoorstelbaar dat er dappere plantjes zijn die hier toch nog wat water weten te vinden. Met hun kleine gele bloemetjes bedienen ze de lokale insecten. Al hobbelend en stuiterend rijden we door dit immense gebied waar nooit iemand komt. Woestijnrijden moet niet worden onderschat. Dit terrein is ruig en genadeloos. Soms moeten we even wachten, omdat er een veilige weg over en tussen de duinen gezocht moet worden. Sommige passages zijn zo steil, dat wanneer je een verkeerde inschatting maakt je zo ‘flipt’ met je auto. En een wegenwacht kennen ze hier niet.

Tent vol zand

We naderen waypoint 41, het noordelijkste punt van onze route, ongeveer 4 km van de grens met Saoedi-Arabië. We denken al een steile helling te hebben meegemaakt, maar die kan nog overtroffen worden. Kilometers leggen we af door de woestijn en langzaam nemen de bergruggen het over van de duinen. Het gouden uur neemt bezit van ons. Het kan dus nóg mooier. We vinden weer een plek voor ons kamp en terwijl de sterrenhemel zich weer prijsgeeft, ontstaan er fijne gesprekken. Na een koel drankje creëert de kok in zijn woestijnkeuken weer een geweldige maaltijd. Dit is met recht een sterrenrestaurant. En wat een nacht. Je zult weten dat je in de woestijn bent. Er steekt weer een flinke wind op. Gelukkig slapen we in een tent van stevig canvas, maar het gaas is niet zanddicht. ’s Ochtends wordt dat duidelijk: de tent ligt vol zacht rood zand. Eerst maar even rustig wakker worden met een Arabische thee en ontbijt.

Zingende zandduinen

Na een half uur rijden is er een lekke band. De band wordt zo snel mogelijk gemaakt, want het is al 30 graden in de zon. Zigzaggend zoeken we een weg tussen de frisgroene bosjes en ogenschijnlijk vlakke pannen. Als een slang kruipen we met de auto’s de duinen op, langs een pan met prachtige lila kleuren. De hoge duinen omringen ons alsof we iedere keer weer een cadeautje verdienen. In een landschap dat soms lijkt op cacaopoeder valley komen we een grote kudde zwarte kamelen tegen. En tijdens de lunch wordt onze aandacht abrupt getrokken door een zwaar zoemend geluid, als een soort drone. Het duurt ongeveer twee minuten en dan is het weg. Het blijkt een zeer uniek fenomeen te zijn: zingende zandduinen. Sommige reisgenoten komen al tientallen jaren in de woestijn en hebben dit nog nooit gehoord. Het geluid wordt veroorzaakt door de verschuiving van zand over zand. Kort daarna zien we weer iets bijzonders: een vos (niet groter dan een kat) zit in zijn hol en rent hard weg.

Kameelspin

Geen dag is hetzelfde. Vandaag rijden we langs langgerekte ruggen en kammen. Door de steile passages met veel schuine bochten is het rijden nu erg technisch. Bij een van de crossings moeten we weer een afgrond van jewelste in. Abdullah moet eerst met zijn voorbanden de kam platrijden, zodat we bij de overgang niet vast komen te zitten. En dan duiken we in een rechte lijn 25 meter naar beneden.
De hele dag rijden we in een wondere wereld en uiteindelijk komen we aan op onze laatste plek waar we overnachten in de woestijn. En weer een fantastische zonsondergang. De zon gaat onder tussen twee duintoppen, bij de enige plek waar wolkjes zijn. Hierdoor schijnen er zonnestralen de lucht in tot ver boven ons. Bij het kampvuur voeren we mooie gesprekken over de verschillen tussen onze culturen. Wat een verrijking. Ondertussen worden we begroet door een grote kameelspin die wordt aangetrokken door het vuur.

Eindelijk: een douche

De laatste dag in de woestijn. We moeten onze benzinetanks goed in de gaten houden, want we hebben nog maar 100 liter in de jerrycans. Dat zou genoeg moeten zijn om weer in de bewoonde wereld te komen. Aan het begin van de middag rijden we de woestijn uit. We zijn voor mijn gevoel nog steeds in the middle of nowhere, maar opeens is er een keet waar benzine wordt verkocht. Provisorisch wordt er getankt met een jerrycan en een slangetje. Even blazen en go. Door de bergen rijden we terug naar Salalah. We waren vijf dagen in de woestijn en ik kijk nu reikhalzend uit naar de luxe van een douche.

En luxe is een understatement in het Al Baleed, een weldadig resort aan het strand van Salalah. Aan ieder detail is aandacht besteed. Met zandkunst word ik welkom geheten bij de entree van m’n poolvilla. Overal liggen verse bloemen, waarvan op bed prachtige patronen zijn gemaakt. Eerst die heerlijke douche gebruiken om al het zand uit mijn haar en van mijn lichaam te spoelen dat zit vastgeplakt door de zonnebrandcrème. ’s Avonds laten we onze avonturen nog even de revue passeren. Wat hebben we een bijzondere en onvergetelijke reis gemaakt, in een adembenemend mooi land met zijn hartelijke bevolking. Ik zit vol prachtige herinneringen en ben nieuwe vriendschappen en een liefde rijker: Oman.

Geschreven door TRAVELBOOK.NL

TRAVELBOOK is hét reisplatform voor en door reizigers: met de beste tips en weetjes voor iedereen die de wereld wil verkennen. In TRAVELBOOK Magazine vind je reisverhalen, hotspots van de tofste steden en routes binnen en buiten Europa. Op de door ons georganiseerde events kun je in direct contact komen met de reisspecialisten waar wij nauw mee samenwerken. Meer weten? Kijk op www.reis-events.nl

Tips:

  • De beste periode om te reizen naar Zuid- Oman is oktober t/m maart. Het is er dan tussen de 18 en 34 graden. Van april t/m september is het er echt veel te heet.
  • Toiletten en douches zijn niet aanwezig in de woestijn, dus neem wegwerpwashandjes mee!

Oman experts

DUNES & STARS
Voor self-drive woestijnavonturen in Oman: dunesandstars.com

BMS TRAVELLERS
Nederlandse touroperator, expert in bijzondere reizen en safari’s, onder andere op het Arabisch Schiereiland en in Oost- en Zuidelijk Afrika. Privé maatwerkreizen voor een rondreis met gids, self-drive of fly-in safari: bms-travellers.nl

AL BALEED RESORT
Ultieme luxe in het Al Baleed Resort in Salalah: anantara.com/en/al-baleed-salalah

QATAR AIRWAYS
Met een overstap op Hamad International Airport (Doha, Qatar) vlieg je comfortabel van Amsterdam naar Oman. qatarairways.com

Andere interessante artikelen

Van historische Madaba tot heldere modder

Van historische Madaba tot heldere modder

“Nawarat al ordon bikum.” Je aanwezigheid in Jordanië doet het land sprankelen. Dat zegt de taxichauffeur tegen ons als hij ons begroet in de aankomsthal van Queen Alia Airport in Amman. We gaan betoverende dagen tegemoet, van Madaba tot de Dode Zee. De reis begint...

Waar modern en tradities samenkomen

Waar modern en tradities samenkomen

Meer dan 200 nationaliteiten leven er gemoedelijk naast elkaar. Alles is er schoon, netjes, nieuw en groot. Met maar 6 uur vliegen ben je in een land met een heerlijk warm klimaat. Na vele verhalen van anderen te hebben gehoord, zijn we nieuwsgierig geworden. We gaan...

Iets meer dan duizend-en-een nachten

Iets meer dan duizend-en-een nachten

Willemijn, Timo, dochter Flijne én hond Pluk vertrokken vier jaar geleden vanwege zijn werk voor bepaalde tijd naar Doha, Qatar. Niet eerder hadden zij het verlangen gehad te verhuizen naar het buitenland, maar toen deze kans zich voordeed, besloten zij het gewoon te...