Guido Cannaerts, reisspecialist van Explore Jamaica, kent het eiland op zijn duimpje. Zelfs al toen het toerisme daar pas net kwam kijken. In samenwerking met Ellen en locals weet hij de beste plekjes te vinden. Hij neemt ons mee op reis langs de noordkust – van Ocho Rios tot en met een verblijf in Shaw Park Beach Hotel & Spa, een klein intiem resort aan een 90 meter ongerept wit zandstrand. Of Club Ambiance Resort; een adults only verblijf, verstopt aan de prachtige noordkust in Runaway Bay.
Back to nature
De watervallen Dunn’s River Falls bij Ocho Rios zijn relatief makkelijk te beklimmen via immense natuurlijke trappen. Over een afstand van 180 meter klettert het water hier 55 meter naar beneden. Het is met recht de beroemdste waterval van Jamaica. In Dolphin Cove bij Treasure Reef – op loopafstand van de watervallen – kun je met dolfijnen of pijlstaartroggen zwemmen. Snorkelen, een haaien- of dolfijnenshow bezoeken of met een glasbodemboot varen kan hier ook.
Zoals je van Jamaica mag verwachten, verloopt bamboevlotvaren heel gemoedelijk. Geen wilde rafting, maar een ontspannende tocht voor iedereen die graag de natuur in zich opneemt. Cranbrook Flower Forest, 35 kilometer westelijk van Ocho Rios beslaat tientallen hectaren tropische tuinen. Met heel veel bloemen, planten, grasperken en vogels. Door dit regenwoud slingert een rivier met watervalletjes om het pittoreske plaatje compleet te maken.
Adrenalinerush nodig?
Als je wél zin hebt in een stroom- versnelling, dan ga je naar West End Road – ten zuiden van Negril. Hier vind je geen strand met palmbomen, maar kliffen waar de golven met geweld tegenaan beuken. Heb je ondertussen honger gekregen? Aan het einde van de weg is Rick’s Café. Daar trakteer je jezelf naast een lekkere maaltijd op de mooiste zonsondergangen. Waaghalzen kunnen hier ook terecht voor cliff diving vanaf 11-meter hoge kliffen.
Om je vingers bij af te likken
Kingston is de hoofdstad van Jamaica en goed te bereiken met een huurauto. Rijd via Fern Gully, een kloof met overvloedige plantengroei, naar Bog Walks Gorge, de vallei van Rio Cobre. Dit zijn restanten van het tropische woud dat ooit het hele eiland besloeg. De slaven die de plantages ontvluchtten en in de jungle hun heil vonden, heten Maroons. Bij hun kraampjes langs de weg kun je smullen van vlees, kip en kreeft met Jamaicaanse kruiden en bereid op pimentohout. Lekker pittig! Neem je liever meer tijd voor je maaltijd? In Walkerswood-Jerk Country vind je het Pimento Porch Clubhouse, inclusief de historie van de Jamaicaanse keuken. Een indruk van het vroegere Jamaica doe je ook op bij Mother Thyme’s Spice Garden: een achttiende- eeuwse hut omgeven door een ruime variatie aan specerijen die voor Jamaicaanse gerechten worden gebruikt.
Verhalen van het verleden
De historie van Jamaica leer je beter kennen op een rum-, koffie- of suikerrietplantage. Een plantagehuis vind je bijvoorbeeld bij Greenwood Greathouse in Montego Bay. Ooit in bezit van de Engelse familie Barrett, die meer dan tweeduizend slaven had. Deze slaven kwamen voornamelijk
uit Afrika; veel Jamaicanen zijn hun afstammelingen. Dit specifieke plantagehuis is gerestaureerd, inclusief de oorspronkelijke meubelen en antiquiteiten. Een authentieke indruk van hoe het er in die tijd aan toeging. Overnachten doe je in het luxueuze boetiekhotel en infinity pool op de voormalige koffieplantages Strawberry Hill. Hier maak je het precieze proces van koffiebonenteelt eigen mét een indrukwekkend uitzicht over Kingston. Om de kuiten uit te dagen, kun je het steile wandelpad volgen dwars tussen de varens door om tot een hoogte van 2.256 meter te komen.
De sterren van Jamaica
Beroemdheden zijn bekend met Jamaica. Op het eiland zijn meerdere opnameplekken te vinden van James Bond, zoals voor de films Dr. No en Live and Let Die. Ursula Andress verscheen bijvoorbeeld in de blauwe zee en waadde naar het parelwitte strand in de buurt van Ocho Rios. Fans kunnen slapen in het voormalig woonhuis – nu boetiekhotel Golden Eye – van Ian Flemming in Orcabessa Bay.
En dan Bob Marley, hét icoon van Jamaica. Hij heeft de reggae ook buiten het eiland tot leven gewekt. In een reggaebus, inclusief graffiti en de zoveel besproken muziek, word je naar Nine Mile gereden. Dit is de geboorteplek van Bob Marley in de bergen. Het is tevens zijn laatste rustplaats, natuurlijk samen met zijn geliefde gitaar.